Deel ’Dunkirk’-vloot Nederlands
Onder strikte geheimhouding doen zeker drie Nederlandse schepen nu al in Frankrijk mee aan de opnamen van Christopher Nolans spektakelfilm Dunkirk, de Hollywood-productie die later deze week ook in Urk zal neerstrijken.
Terwijl de Duitse bezetter oprukte, wisten tussen 27 mei en 4 juni van dat jaar ruim driehonderdduizend militairen Frankrijk te ontvluchten. Dat maakte deze gedwongen aftocht van de geallieerden toch tot een morele overwinning. „Ik zeg niks. Die afspraak hebben we moeten maken”, reageert Rolf Harder, vicevoorzitter van Stichting Vrienden van de Naaldwijk telefonisch op de vraag of de Naaldwijk inderdaad een rol heeft in de film.
De makelaar uit Bloemendaal vaart geregeld als brugbemanning mee op de mijnenveger, naar eigen zeggen ’de enige andere dame die mijn vrouw binnen ons huwelijk duldt’. Of Harder dit keer ook aan boord is, wil hij niet vertellen. Toch spreken het windgeruis en het kabaal van zeemeeuwen op de achtergrond boekdelen. Raadpleging van een openbare website die wereldwijd scheepsbewegingen registreert, maakt echter duidelijk dat de beide mijnenvegers en de voormalige loodsboot al geruime tijd in de haven van Duinkerke liggen en geregeld uitvaren voor manoeuvres voor de kust. Regisseur Christopher Nolan en zijn Nederlandse cameraman Hoyte van Hoytema zijn daar Dunkirk aan het draaien. Voor de hand ligt dat de drie Nederlandse schepen straks ook van de partij zijn bij de opnamen die bij Urk plaatshebben.
Gedaanteverwisseling
Recente foto’s bewijzen dat de drie vaartuigen voor de film een gedaanteverandering hebben ondergaan. Vooral de M.L.V. Castor is grondig onder handen genomen. Het normaal gesproken witte museumschip is niet alleen marine-grijs geschilderd, op het achterdek is ook zwaar geschut geplaatst. De Castor werd kort na de Tweede Wereldoorlog ontworpen door het toenmalige Ministerie van Oorlog als multifunctioneel vaartuig. Het deed onder meer dienst als varende thuisbasis voor zeeloodsen, maar kon in tijden van crisis ook snel bewapend worden.
De ingrepen aan de Naaldwijk en de Sittard zijn op het oog minder ingrijpend, waarschijnlijk omdat die schepen altijd onder marinevlag hebben gevaren. De mijnenvegers in de zogenaamde Dokkum-klasse waren vanaf halverwege de jaren 50 actief als respectievelijk de M809 en de M830. Eind vorige eeuw schonk de koninklijke marine de Hr.
Ms. Naaldwijk aan de Prins Willem Zeeverkenners in Haarlem en de Sittard aan het Zeekadettenkorps in Harlingen. Met hulp van vrijwilligers, donateurs en sponsoren worden beide schepen nog altijd in de vaart gehouden. Voor Dunkirk wappert deze weken op de achtersteven van de Nederlandse mijnenvegers de White Ensign, de vlag van Royal Navy. Ook zijn beide schepen voorzien van historische registratietekens. Die maken het mogelijk ze als onderdeel van de Engelse oorlogsvloot uit 1940 te identificeren. Op de boeg van de Naaldwijk prijkt nu tijdelijk de letter J en het getal 22, wat verwijst naar de Britse mijnenveger HMS Britomart. De Sittard voert het kenteken H32 van de HMS Havant, een H-class Destroyer die tijdens de roemruchte evacuatie vanuit Duinkerke meer dan 2300 militairen in veiligheid wist te brengen.
Bron: Telegraaf