Het drama bij landgoed Oxerhof
Enkele kilometers ten zuidoosten van Deventer ligt net ten zuiden van de huidige A1 in het buurtschap Oxe, ingeklemd tussen de Schipbeek en de Dortherbeek, het landgoed Oxerhof. Dit landgoed wordt in de 16e eeuw al genoemd als buitenplaats van de Hertog van Gelre, de familie van Doorninck liet omstreeks 1862 op het landgoed Huize Oxerhof bouwen. Dit Huis was aan het einde van de Tweede Wereldoorlog het decor van een aantal hartverscheurende gebeurtenissen.
Het landgoed werd in de loop van de oorlog door de Duitsers geannexeerd. In de eerste jaren was de Oxerhof aanvankelijk een herstellingsoord voor aan het Oostfront gewond geraakte SS-ers. In 1944 werd het door de Sicherheitsdienst (=SD) ingericht als kamp voor politieke gevangenen. Enkele dagen voor de bevrijding hield de SD er nog veertig man gevangen.
Terwijl de Canadezen al tot op enkele kilometers genaderd waren bracht de SD dertig gevangen genomen (voornamelijk) verzetsmensen over naar allerlei plekken in de stad Deventer o.a. Brinkgreven. Tien verzetsmensen bleven om volstrekt onduidelijke reden in het Huis gevangen gehouden. Op 6 april 1945 bereikte het bataljon The Royal Winnipeg Rifles het buurtschap Oxe aan de Schipbeek. Op het landgoed De Oxerhof, een enkele uren eerder overhaast verlaten hoofdkwartier van de Gestapo, zag een Canadese soldaat dat de bodem bij een met bloed bespatte muur vers was omgewoeld. Hij vond er het graf van de tien Nederlandse verzetsmensen.
Zij waren door de terugtrekkende vijand als diens laatste daad neergeschoten, aldus de War Diary van de eenheid. De melding werd om 16:00 uur in het dagboek bijgeschreven. Het 12e Field Regiment RCA meldde, dat de lichamen met wonden waren overdekt. “Geneeskundige officieren verklaarden dat enkele slachtoffers levend begraven waren. Aan de uitdrukking op de gezichten was te zien, dat ze tijdens martelingen waren gestorven. Hun handen waren op de rug gebonden en de lichamen waren van top tot teen gekneusd. Het was een scène van onbeschrijflijke wreedheid, die je moet hebben gezien om het te kunnen geloven”.
Eind 1948 werden door het Bijzonder Gerechtshof in Zutphen twee zittingen aan het drama gewijd. Er werden dan ook forse straffen uitgedeeld. Op 6 mei 1991 werd op het landgoed De Oxerhof een monument onthuld ter nagedachtenis aan de tien verzetsmensen die hier, enkele uren voor de bevrijding, werden vermoord door de bezetter.
De Canadezen hebben na het verdrijven van de Duitsers nog maanden gebruik gemaakt van het landgoed en onder andere werd de Canadese contra-spionagedienst hier tijdelijk geconcentreerd. De afgelegen situering van het landgoed was hier zeker een reden voor. Ook werd er een tijdelijke begraafplaats voor 46 gesneuvelde Canadese bevrijders ingericht. Zeker 45 van deze mannen hebben deelgenomen aan de opmars naar en bevrijding van Deventer.
Zij zijn allen gedood tijdens de bevrijdingsacties in en rondom Deventer van 6 tot en met 11 april 1945. In januari 1946 zijn de 46 stoffelijke overschotten opgegraven en herbegraven op de Canadese Begraafplaats te Holten. De lijst met namen en verdere gegevens zoals foto´s en documenten van deze 46 militairen zijn aanwezig in de database van het Informatiecentrum Canadese Begraafplaats te Holten.